KERN ZUID-LIMBURG van de Stichting Downsyndroom (SDS)

Welkom op de weblog van de kern Zuid-Limburg van de Stichting Downsyndroom (SDS) met informatie over de activiteiten die we organiseren. Ook treft u regelmatig nieuwsberichtigen aan rondom het thema "Downsyndroom". De activiteiten van de kern Zuid-Limburg worden veelal mogelijk gemaakt door de stichting activiteiten kinderen met Downsyndroom Limburg. Reacties zijn welkom via dsweblog@planet.nl

vrijdag 2 september 2005

Informatie-avond 20 september 2005

Stimuleren van denkvaardigheden: Een noodzaak; want de maatschappij verandert!!! De opvoeder als bemiddelaar in het leerproces: Denkstimulering Thuis Of kinderen nu over (boven)gemiddelde of over heel beperkte leermogelijkheden beschikken: zij ontwikkelen zich het beste bij een pedagogisch-opvoedkundige aanpak die hen uitdaagt. Het stimuleren van denkvaardigheden leert hen zelfstandig problemen op te lossen in de verschillende situaties waarin dit probleem voorkomt en geeft hen de kracht de uitdaging van het leren aan te gaan. De ouders en leerkrachten spelen als mediatoren hierbij een noodzakelijke rol. Bevorderen van het leervermogen Uitgangspunt van Denkstimulering is dat elk kind een onbeperkt leervermogen kent en het recht heeft zich te ontwikkelen. Het leervermogen ontwikkelt zich op het moment dat een kind gaat begrijpen en voelen hoe en waarom het leert en zo de beschikking krijgt over een cognitief gereedschap dat hem leert te leren. Zo wordt kennis gereedschap dat thuis, maar ook buiten en op school belangrijk is voor de ontwikkeling van het kind op alle levensterreinen. Het aanleren van deze gereedschappen vergt een activerende interactie en een aanpak die aanzet tot het actief verwerken van de aangeboden leerervaringen. Daarnaast is een ontwikkelingsgerichte opvoeding noodzakelijk. De methode vereist tevens dat het gehele netwerk van het kind ingezet wordt om te komen tot een optimaal gebruik van deze cognitieve gereedschappen. Het netwerk van het kind is groot en bestaat uit het gezin, de school, de sportvereniging, de kerk, zijn vrienden, etc. Zij maken allemaal onderdeel van zijn netwerk en zijn dus ook onderdeel van het wel of niet ontwikkelen van het kind. Hoe het leervermogen te bevorderen? Het Denkstimuleringsprogramma baseert zich op de door Prof. R. Feuerstein ontwikkelde theorie van Structurele Cognitieve Modificatie (SCM). Een theorie die ervan uitgaat dat de sociaal-emotionele, cognitieve en verbale ontwikkeling van ieder kind te stimuleren is door tussenkomst van de opvoeder. Een opvoeder die het kind door middel van een dialoog denk- en taalvaardigheden aanbiedt, waardoor het kind effectiever en zelfstandiger leert denken. Met als hoogste doel het kind de kans te geven om de maatschappij te begrijpen en hem/haar zodanig toe te rusten dat het kind zijn of haar plaats in deze maatschappij kan vinden, ontwikkelen en vasthouden. Voorwaarde voor die modificatie is het geloof van ouders en/of leerkrachten in de mogelijkheden van kinderen en de wil te zoeken naar wat wèl kan als bepaalde mogelijkheden zijn afgesloten. Willen wij zelf wel veranderen? Maar met bovenstaande leggen wij ons als opvoeders een forse verplichting op, want in de snel veranderende maatschappij zullen wij steeds weer mee moeten veranderen. Want als wij niet veranderen, waarom zouden onze kinderen dat dan wel doen. De grote uitdaging is dus niet alleen hoe moeten we onze kinderen toerusten maar eerst hoe wij ons zelf toerusten om de huidige samenleving te begrijpen en uit te leggen. Om het vervolgens onze kinderen te helpen en hen ruimte te geven om de wereld te ontdekken en te begrijpen. Uitgangspunten voor succesvol ontwikkelen/leren Succesvolle opvoeding/onderwijs door de volgende factoren: · Ouders en/of leerkrachten hebben een positieve verwachting van de mogelijkheden van het kind: ieder mens heeft mogelijkheden om te leren en zich verder te ontwikkelen. · Ouders en/of leerkrachten werken vanuit de zone van naaste ontwikkeling van het kind. De verantwoordelijkheid voor het ontwikkelingsproces ligt zoveel mogelijk bij het kind. Hij/zij neemt zelf beslissingen over de te nemen stappen. · Ouders en/of leerkrachten hebben inzicht nodig in hun eigen bekwaamheden zodat zij verantwoordelijkheid kunnen nemen voor de kwaliteit van de opvoeding of het begeleidingsproces. · Werkend vanuit de uitgangspunten van mediatie, de kwaliteit van interactie. · Er moet eenduidigheid zijn in opvoedings- en onderwijsstijlen. · Systeembenadering: alle participanten in de netwerken van het kind werken samen vanuit dezelfde uitgangspunten. Hierdoor is er zowel onderling als met het kind sprake van wederkerigheid. Emiel van Doorn Emiel van Doorn (1960) is in de eerste plaats een mens van de praktijk. Naast het begeleiden van mensen met een ontwikkelingsachterstand en het verzorgen van trainingen aan leerkrachten en ouders, is hij als opleider/adviseur verbonden aan StiBCO en het Seminarium van Orthopedagogiek. Twee organisaties die op verschillende terreinen (o.a. onderwijs, verstandelijk gehandicapten zorg, arbeidsreïntegratie) actief zijn met Denkstimulering en de vraaggerichte benadering. Als erkend trainer in Mediërend Leren heeft hij non-verbale communicatie, video-interactie-begeleiding, supervisie en intervisie geïntegreerd in zijn trainingen. Door zijn eigen ervaringen in het onderwijs zowel als leerling uit het speciaal onderwijs als leerkracht, kan Emiel de methodiek omzetten in alledaags handelen. Eén van zijn motto’s is dan ook ‘wat je vandaag leert, moet morgen toepasbaar zijn’. In 2004 is zijn boek “Ontwikkelingsgericht begeleiden in allerdaagse situaties” uit gekomen. Deze week worden de uitnodigingen verzonden. Aanmeldig voor 13 september a.s.